13 juli 2023. Ik doe nog één kopje koffie voor ik onderweg ga. Ik ga er buiten mee zitten op het terras. Ik zie nu pas het kasteel waar deze stad, Brienne le Chatêau, naar vernoemd is. Een groot imposant gebouw hoog op een heuvel.
Ik probeer vandaag toch weer de route van Ben Theunissen. Ben heeft de tocht meerdere keren gelopen en heeft er een Nederlandstalige routebeschrijving van gemaakt. Mooie boeken met veel informatie over de omgeving. Helaas is Ben vorig jaar overleden, het voelt daardoor extra bijzonder om in zijn voetsporen te lopen. De routebeschrijving van Ben brengen me soms wel tot wanhoop. Je moet tegen iemand zonder richtingsgevoel niet zeggen: ga in zuid-oostelijke richting. Als ik zulke aanwijzingen lees, komt er al een waas voor mijn ogen en kan ik niet meer helder denken
Bij de start is het heerlijk fris weer, dat loopt vlot. In deze omgeving zie je veel vakwerkhuizen een prachtige bouwstijl. Het doet me denken aan Troyes, we zijn daar ook niet ver vanaf. Het bouwen van vakwerkhuizen had ook te maken met het feit dat er genoeg leem en hout aanwezig was. De prijs om een huis te bouwen was daardoor ook veel lager. Bij een half ingestort gebouw is de opbouw goed te zien.
In Frankrijk is het, en zeker op het platte land, vrij normaal dat je minstens één hond achter het hek hebt. En dan liefst een grote die afschuwelijk blaft, bij het hek opspringt en al zijn tanden daarbij laat zien. Je wordt net niet verscheurd. Inmiddels ben ik eraan gewend, maar o wee als er een losloopt.
De eerste kilometers gaan weer door het bos. Ik geniet van de spinraggen die er uit zien alsof ze er al eeuwen hangen, ze zijn zelfs een beetje stoffig. Hier loop ik ook over een stukje van de route “Vois de Vezelay”, ik heb hier tien jaar terug ook gelopen. Hoe ik ook mijn best doe ik zie niets bekends. Ik denk weer aan Johannes, de Duitse jongen waar ik een week mee gelopen heb onderweg naar Santiago de Compostela. Hij hoopte tijdens de camino een nieuwe vriendin te vinden. Ik zei dan steeds: ‘Over tien jaar sta je op mijn stoep met je vrouw en kinderen.’ Dat droombeeld zag ik toen helemaal voor me. Hoe oud zou Johannes nu zijn?
Ik loop door leuke kneuterige dorpjes. Ik hou mijn lunchpauze tegen een 12e eeuwe kerk. De houten toren wordt van binnen behoorlijk ondersteund. Als ik een rondje loop zie ik dat de restauratie al is gestart. Prachtig bintwerk bij de balken. Maar het allerbijzonderste is de deurdorpel. Het was ooit een dikke marmeren dorpel. Maar hij is helemaal uitgesleten van al die voetstappen die er in al die eeuwen overheen zijn gegaan.
Verder gaat het door de zon, ik zoek zoveel mogelijk de schaduw op. Grote velden zonnebloemen versieren de omgeving. Ik stap van de weg af om een mooie foto van deze zonnetjes te maken. Juist komt de eigenaar langs. Hij is zo trots op zijn product, hij straalt als zijn eigen zonnebloemen. Hij wijst de insecten aan die de stuifmeel verzamelen. We staan een tijdje met elkaar te praten. Ik merk hoe gevoelig ik ben geworden voor vriendelijke mensen ze ontroeren me steeds weer. Tot slot wil hij dat ik op de foto ga met zijn “tournesols”. ‘Want dat doen ze, ze draaien met de zon mee’, zegt hij als antwoord op mijn vraag.
De druiven komen ook weer in beeld en met de druiven de grote champagnehuizen. En met de druiven óók de heuvels, geen lange vlakke gravelpaden tussen de akkers meer.
Ik zie het niet maar ik hoor aan het hartstochtelijke gegil dat ik langs het pretpark Nigloland loop en dat betekent ook dat ik bijna aan het einde van deze wandeldag kom. Ik heb eigenlijk geen zin meer om me steeds te moeten vermoeien met de aanwijzingen van Ben. Ik besluit me te laten sturen door Organic Maps. Als een echte routeplanner vertelt ze, bij mij is het vrouw met een Vlaams accent, precies wanneer ik af moet slaan.
Organic Maps stuurt me door een park. Wat Organic Maps niet kon weten dat er hier een windhoos is geweest waardoor er heel veel bomen als luciverhoutjes zijn geknakt. De gemeente heeft het daarom tot verboden gebied verklaard. Geld dat ook voor mij, een pelgrim? Ik laat me niet kennen en klim en klauter over de bomen. Tot ik op een plaats kom waar het pad echt verspert is. Teruggaan? Dat nooit. Ik loop om een cannabisakker heen want ik weet zeker dat die me wel naar de weg leidt.
In de stad Bar sur Aube zijn veel winkels, ik zie meteen al twee pharmacies maar ga me eerst aanmelden bij het pelgrimsverblijf. Een aardige meneer neemt alle tijd om mij rond te leiden, de regels te vertellen en om het inschrijfformulier in te vullen. Bij mijn leeftijd aarzelt hij, hij durft het niet goed te vragen. Ik ben 67 zeg ik ongeduldig. Hij reageert vreemd, kijkt me vragend aan. Ik herhaal het nog eens in het Frans. Opeens zegt hij: ‘Je ziet er nog zo jong uit.’ Ik lach wat, gevleid ook maar dan kijk ik weer ongeduldig op mijn horloge want om zeven uur gaan de winkels dicht en dat is het nu bijna. Ik mag er dan jong uitzien, daar heb ik niets aan want ik heb echt die likdoornpleisters nodig.
Als mijn gastheer weg is, hoef ik me niet meer te haasten. Het is zeven uur geweest. Ik ga nu slenterend naar een terrasje en bestel een heerlijke glas champagne. Het is een feest om te zien hoe de bubbels als vrolijke slingers omhoog gaan in mijn glas. De zon die op het glas schijnt maakt er zelfs gouden slingers van. Met kleine slokjes drink ik van de gouden balletjes. Ik voel hoe er iets bandeloos in mij ontstaat.
Als ik opsta voel ik, door de alcohol, een licht gevoel in mijn hoofd. Met mijn handen in mijn zakken slenter ik zo door de straten. De alcohol doet me flirten, flirten met het leven…
Mooie foto’s ❤️
Wat een leuke foto’s met een stralende Vronie