24 augustus 2023. Om kwart over vijf stap ik geruisloos uit mijn bed. Zachtjes breng ik mijn spullen naar buiten en ruim daar mijn rugzak in. Ik heb lang in bed gelegen en tussen de in en uitkomende momenten van de andere pelgrims in geslapen. Sinds gister ben ik waakzaam als het om mijn fysieke en mentale conditie gaat, ik heb mijn grenzen leren kennen. Rustig eet ik mijn yoghurt en trek dan de poort van de kerk achter me dicht. Om zes uur loop ik op straat onderweg naar Sarzana. Er wacht mij een lange wandeldag maar het profiel is me gunstig. Alleen aan het einde is er een klim naar 200 meter.
Gister liep ik achter andere pelgrims aan vandaag moet ik zelf mijn weg vinden. Het gaat meteen straf omhoog naar een fort en op die hoogte zet de wandeling zich voort.
Ik ga vandaag in het vijf kilometer schema lopen en dan komt er vanzelf een einde aan de 28.5 kilometers. Als ik een cafeetje zie vind ik dat ik moet stoppen, stel je voor dat dit de laatste mogelijkheid is voor een groot glas café latte. Ik houd het kort en na tien minuten loop ik weer op straat. Ik klop mezelf trots op mijn schouders. Net als gister loop ik ook vandaag overwegend langs een kanaal. Ik heb tot nu toe nog niet kunnen ontdekken wat de naam ervan is. Trouwens, ik denk wel dat dit hetzelfde kanaal is maar misschien is dit wel een ander en is er een heel stelsel van zulke kanalen. Het kanaal is rondom van beton veel plantenleven is er niet. Hele stukken is het kanaal gewoon kaal, af en toe zie ik waterplanten met wel twee meter lange stengels. Het lijkt op het lange haar van een of andere kanaalgodin en wuift gracieus op de stroming één kant uit. Er is uitsluitend een betonnen bodem dus waar de planten hun voeding vandaan halen? Al lopende bestudeer ik het bleke water en bekijk ik de visjes die allemaal consequent met hun kop stroomopwaarts zwemmen. Het zijn hele scholen kleine bleke, doorzichtige visjes. De grootste die ik gezien heb is ongeveer vijftien tot twintig centimeter. Waar die visjes van leven? Van die schaarse langharige waterplanten of van het afval wat ruimschoots in het water gegooid is.
Er staat een man op straat, ik begroet hem opgewekt met een: ‘BuonGiorno’. De man begin tegen te me praten in het Italiaans, waarop ik antwoord dat ik hem niet kan verstaan. Maar hij gaat gewoon door, het lijkt erop dat hij dringend zijn verhaal kwijt wil. Al snel ontdek ik dat het om zijn gezondheid gaat. ‘Café?’ Zegt hij opeens. Ik kijk hem eens aan, zijn uiterlijk lijkt niet op de slanke Italiaan met mooie leren schoenen maar dat maakt me niet uit. Koffie is koffie. Ik volg hem naar binnen waar zijn vrouw me met een mooie glimlach begroet. Haar bruine ogen stralen me tegemoet en snel zet ze de koffie. De man, Nilo, gaat verder over zijn gezondheid, hoe is het mogelijk dat hij juist mij net van straat gehaald heeft want ik heb een echte COPD’er tegenover me. Een vernevelaar voor de salbutamol staat op tafel. Waar een ander boeken op de boekenplank heeft staan, staan hier zijn medicijnen keurig opgesteld. Ik krijg een rondleiding langs alle doosjes. Ik kijk heel serieus bij zijn uitleg. Ze staan er allemaal, de luchtwegmedicaties, ik heb er jaren mee gewerkt. Maar ik zie ook doosjes staan die ver over de datum zijn. Het is maar net wat je spaart, denk ik grinnikend bij mezelf.
De koffie is heerlijk. Ik mag geen suiker uit het potje pakken. Zijn vrouw Carla presenteert mij kleine suikerklontjes uit een doosje. Bescheiden vertelt ze dat de doosjes op tafel met medicijnen voor de hoge bloeddruk van haar zijn.
Op een briefje schrijft de man zijn adres vervolgens schuift hij mij een leeg briefje toe. Ik schrijf mijn adres en telefoonnummer erop en schuif het terug. Nu komt de foto van hun enige zoon op tafel. Trots vertellen ze dat hij een politieagent is. Het diploma komt erbij als bewijs. ‘Hij draagt ook een pistool tijdens zijn werk,’ vertelt Nilo diep onder de indruk. Carla knikt zeer heftig om de belangrijkheid hiermee te onderstrepen. Nilo maakt het gebaar van schieten met zijn vingers zoals kinderen dat doen. Als de koffie op is sta ik op, tijd om verder te gaan. Carla en Nilo poseren graag voor me.
Ik passeer een archeologische vindplaats uit 117 VC. Ik gun mezelf geen tijd, het zou toch een vluchtig bezoek zijn geworden. De cola die ze daar verkopen laat ik me niet onthouden. De muskieten, ik denk dat het muskieten zijn, komen zeker niet uit de de tijd van 117 VC. Ze hebben me op een paar plaatsen flink geraakt, er ontstaan meteen dikke rode bulten die heftig jeuken.
De laatste tien kilometer gaan omhoog. Boven kijk ik neer op een prachtig landschap. Pijnbomen, zo hoog, omzomen de strakblauwe horizon. Daarnaast steken de cipressen trots hun spitse top er tussendoor, als stille wachters staan ze op een rij. De grijs-groene olijfbomen op de terrassen waaraan de olijfjes al groeien zorgen samen met de druiven voor een invulling daaronder. Deze uitlopers van de Apennijnen zijn echt vol gebouwd met wijngaarden. Waar mogelijk proef ik de druif of ze al geschikt zijn voor de wijn, of ze al genoeg suiker bevatten. Alleen de druiven waar een spuitlaagje op ligt laat ik met rust. Het is hier een ideale plaats voor ze met de zon die hier een groot deel van de dag vertoeft.
De gekleurde huizen staan idyllisch tussen de wijngaarden en aan het einde van al dit heerlijks heb ik een prachtige uitzicht over de kuststrook met de zee aan het einde. Dit is Toscane, zo heb ik het in mijn geheugen.
Wat me wel verbaast is de bamboe. In Japan zag ik het elke dag maar hier had ik het niet verwacht. Niet overal even groot maar ik heb toch al flinke bamboe ‘bomen’ gezien.
Na een lange, maar relaxte wandeldag kom ik bij mijn hostel in Massa. Een prachtig pand en een vriendelijke gastvrouw. Samen met haar deel ik mijn komende dagen in. Zoals ik met mezelf had afgesproken trek ik een extra dag uit om meer rust in te bouwen, ze reserveert voor mij alvast de ostello. Tevreden ga ik naar boven, ik voel dat het goed komt zo. In Siena ontmoet ik Jan en zijn vrouw, die zijn daar op vakantie en dan neem ik weer een extra dag.
Ik deel mijn kamer deze keer met een Fransman. Als ik het beddengoed zie voel ik me extra thuis, want jaren heb ik onder het precies dezelfde dessin gelegen. Ikea doet hier ook goede zaken…
Wat weer een mooie ontmoeting Vronie met een rondleiding in hun huisapotheek.
Ben blij en opgelucht te lezen, dat je wat rust hebt ingebouwd…
Ik weet niet hoelang je nog te gaan hebt, maar ik vermoed dat het einde van deze intensieve tocht stap voor stap in beeld komt…
Veel liefs en denkend aan jou xxx
Wat doe je het fantastisch Vronie. Een zware tocht maar je maakt er het beste van. Mooie ontmoetingen en nu genieten in het prachtige Toscane.